Gathering Stones
Gepubliceerd: 12 november 2016
Door: Martijn Aslander
Categoriën: Events, Initiatieven
Tegenwoordig vind je mijn wekelijkse portie belevenissen, inzichten, mijmeringen én handige tips op World Hey bekijk hier de laatste of schrijf je hieronder ↓ eenvoudig in en je ontvangt ze in je inbox.
Nadat ik in 2000 berooid achtergebleven was na een nogal rampzalige bedrijfsoverdracht, volgde er een reeks bijzondere gebeurtenissen en ontmoetingen die leidden tot één van de opmerkelijkste projecten uit mijn carrière.
Twee jaar later had ik een begroting van een miljoen gulden rond en bouwden we met een krankzinnig mooi team van misfits en mafkezen, geholpen door in totaal zo’n 14.000 anderen, in 16 dagen tijd het grootste hunebed dat er ooit gebouwd werd.
Met slechts palen, touw, stenen en menskracht. Het werd de basis van waaruit bijna al mijn latere projecten ontstaan zijn. Ik heb lang gewacht met het openen van het immense archief. Het wachten was blijkbaar op de ontmoeting met Silvie Kamphuis, die al eens eerder een mooi historisch verhaal opschreef. Sinds een paar maanden ben ik bezig met het ophalen van herinneringen, het reconstrueren van de loop der gebeurtenissen en het opsporen van alle betrokkenen. Het is een feest.
PROLOOG
“Dat meen je niet.”
“Wat is er?” vraagt Albert met zijn mond vol krentenbrood.
Karin kijkt op van de krant. “Raad eens wie er met onze hunebedden aan de haal gaat?”
Het is nog vroeg en het stel zit aan de keukentafel in hun huis in Borger. De zon komt buiten al op stoom en het is al vrij warm voor de maand mei.
“Vertel maar”, zucht Albert. Hij laat zijn hoofd op zijn hand rusten en wacht op wat er komen gaat. Karin vouwt de krant dubbel alsof ze goed grip probeert te krijgen op het verhaal en leest dan: “Scouts bouwen hunebed.” Ze kijkt hem indringend aan.
Albert zwijgt en neemt een slok koffie.
Ze gaat verder. Scoutinggroep De Woudlopers in Borger bestaan vijftig jaar. Hoogtepunt van de viering is het nabouwen van een hunebed met echte tonnen zware stenen. Dat gaat volgens woordvoerder..” Ze houdt haar mond in de hoop dat Albert opspringt van zijn stoel om het antwoord te geven.
Albert haalt zijn schouders op. Hij houdt niet zo van raadsels op de vroege ochtend. Het verkeerde antwoord zou haar net zo chagrijnig maken als geen antwoord, dus hij zwijgt.
Ongeduldig strijkt Karin haar grijze haren uit haar gezicht. “Die Martijn Aslander!” zegt ze met verheven stem. “Die snotaap van die klimhal en die megaparkeerplaats bij het Boomkroonpad. Hij gaat nu even zevenhonderd zwerfkeien regelen om met zijn blote handen een hunebed te bouwen en één of andere gek heeft er nu al 50.000 gulden voor neergelegd.”
Albert buigt voorover en pakt haar hand. “Wat maakt jou dat nou uit, lieverd. Zolang ze hem maar niet bij ons op het erf bouwen.”
Karin trekt haar hand los en schuift haar stoel naar achteren. “Mensen moeten eens leren normaal te doen”, mompelt ze.
“Maar dat Natuurtransferium-idee was toch helemaal niet slecht?” probeert Albert nog. “En ook dat buitensportcentrum was een geweldige plek voor jonge mensen!”
Karin kijkt hem nog heel even hoofdschuddend aan. Dan slaat ze de keukendeur hard achter zich dicht. Albert staart uit het raam naar buiten. De zon komt op. Het is tijd om aan het werk te gaan.